Mantelzorg op de Boekelse boerderij

Publicatiedatum: 9 november 2017

De heer en mevrouw Van Moorsel zijn 56 jaar getrouwd en wonen met veel plezier op een boerderij net buiten Boekel. Voorheen hielden ze daar koeien en varkens, nu alleen nog een paard en een moestuin. Ze hebben vier kinderen en elf kleinkinderen. De meesten wonen in de omgeving. Ze willen graag zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Thuiszorg Pantein ondersteunt hen daarbij.  


De heer Van Moorsel is naast echtgenoot ook mantelzorger. Zijn vrouw heeft dementie. De eerste klachten begonnen ongeveer tien jaar geleden. Ze kon de namen van de kleinkinderen niet altijd meer onthouden. Ook telefoonnummers wist ze niet meer, terwijl ze die vroeger uit haar hoofd kende. De ziekte ontwikkelt zich gelukkig heel geleidelijk en omdat de heer Van Moorsel nog fit is, kan hij met de hulp van familie en thuiszorg van Pantein nog prima voor haar zorgen.

 

De heer Van Moorsel helpt zijn vrouw bij het in en uit bed komen. “Ze heeft nu een apart, verstelbaar bed, minder gezellig, maar wel praktisch”, vertelt hij. Mevrouw is heel blij dat haar man zo goed voor haar zorgt. “Ge bent lief voor me”, zegt ze, “Ik wil u niet kwijt”. Een jaar of vijf geleden was dat bijna het geval geweest, toen mevrouw na een verblijf in het ziekenhuis geadviseerd werd om naar een zorgcentrum te verhuizen. “Dat doen we niet, die gaat mee naar huis, naar Boekel”, had de heer Van Moorsel gezegd. En dat gebeurde ook. “Twee dagen later ging het weer prima met haar”, vertelt hij. “We zijn hier heel tevreden samen, we mopperen bijna nooit!”

 

Drie ochtenden in de week komt de thuiszorg langs om mevrouw te wassen. Meneer brengt haar dan naar de douche en helpt met uitkleden en na het douchen met aankleden en steunkousen aantrekken. Ook kookt hij voor haar. “Verse, onbespoten groenten uit eigen moestuin”, vertelt hij trots. Twee middagen per week gaat zijn vrouw naar de dagbesteding. Hij brengt en haalt haar dan met de auto. Daar doet ze mee met activiteiten en soms is er een uitstapje, zoals naar het Boerenbondmuseum in Gemert. “Intussen zorg ik dan voor het paard, de moestuin en de hectare grond die we hebben“, vertelt de heer Van Moorsel. “Dan ben ik even niet aan huis gebonden.”

 

Ook de familie helpt mee. Een kleindochter loopt een paar keer per week een stukje met mevrouw van Moorsel om haar benen te trainen en hun dochter houdt het huis schoon. In geval van nood kunnen ze terugvallen op de buurman.

 

In de keuken staat een kalender, die bestaat uit blokjes. Elke ochtend zetten ze deze samen op de juiste dag. Meneer stelt zijn vrouw geregeld vragen over dagelijkse dingen: “Welke dag is het? Wanneer is de thuiszorg langs geweest? Wanneer komen ze weer?”

Hij zorgt niet alleen lichamelijk voor haar, maar ook geestelijk. Zijn liefdevolle toewijding is indrukwekkend, net als haar waardering voor haar man. Wat een lieve mensen, hopelijk mogen ze nog lang van elkaar blijven genieten op de Boekelse boerderij.